Eempolder
30 september 2012
Het is al weer een hele tijd geleden dat ik achter valkjes en buizerds ben aangegaan. Dus hoog tijd om de oude polders op te zoeken. Vanuit de auto kan ik dan proberen mijn shots te maken. Omdat voorspelt is dat het een heldere ochtend wordt ga ik al voor zonsopgang op pad om de eerste zonnestralen vast te kunnen leggen. Wel toepasselijk op een zondag toch?
Maar het eerste licht dat ik voor mijn lens krijg is niet van de zon, maar van de maan! Deze staat nog volop te pronken in de hemel, terwijl het zonlicht vanachter de horizon langzaam ophoog kruipt. Dat vraagt natuurlijk om een foto, een maansondergang zogezegd. Toch wel wat anders om vast te leggen dan een zonsondergang. Meestal maak ik mijn foto’s op de A-stand. Dat wil zeggen: diafragmavoorkeur. Ik stel het diafragma in en het toestel kiest daarbij de sluitertijd. Maar nu kies ik voor volledig manueel en stel beide handmatig in. Het levert een, naar mijn mening, sfeervol plaatje op.
Als ik me omdraai zie ik in de tegenovergestelde richting de zon verschijnen. Nog nooit heb ik beide in zo’n korte tijd na elkaar meegemaakt. Een volledig ander beeld en dat een kwartiertje later! Ongelooflijk eigenlijk.
Hier wordt je toch helemaal warm van? Ik tenminste wel!
Weer terug in de auto ga ik op jacht naar de roofvogels. Maar al snel kom ik een probleempje tegen: het raam aan de bestuurderskant wil niet open! Damn, daar gaat mijn planning. Ik rij, als ik in de polder vogels wil fotograferen, altijd rond met een geopend raam met daarop een rijstzak. Het is geen doen om dat aan de bijrijderskant te doen. Snel een ander plan bedenken dus. Ik denk dat ik maar even naar de kijkhutten aan het Eemmeer ga. Dat houdt in dat ik een stukje moet wandelen. Met het mooie weer van vandaag komt dat eigenlijk ook wel weer goed uit.
In de eerste kijkhut zie ik al snel een aantal futen die aan het duiken zijn. In deze hut zit er een vrij laag kijkgat, zodat je een wat lager standpunt hebt. Daardoor kon ik één van de futen vanuit deze hoek nemen.
Verder is er op het water niet veel te zien, of het zit te ver weg. In de lucht is er echter meer actie Vooral grauwe ganzen vliegen in kleine groepjes over. Een leuke kans dus om te oefenen met vliegende vogels. Dat vind ik altijd weer een uitdaging. Deze twee vlogen mooi recht langs de hut.
Na deze geslaagde poging durf ik een wat kleiner vogeltje aan. Een stormmeeuwtje wil wel even meewerken. Ook dit lukt wel aardig. En hij neemt ook nog een mooie houding aan ook.
Ik vind meeuwen altijd wat agressief over komen, maar deze soort heeft een wat vriendelijker uitstraling.
Omdat ik ook nog even naar de andere hut wil, verlaat ik deze en loop terug naar de auto. Hierbij kom ik langs allerlei poeltjes en slootjes. Ik blijf het lastig vinden om een goede landschapsfoto te maken. De werkelijkheid is toch vaak een stuk mooier dan wat je op een foto kan laten zien. Maar natuurlijk doe ik wel een poging om het uitgestrekte polderlandschap weer te geven in een twee dimensionaal beeld.
Ik wil hier vooral het uitgestrekte, lege landschap benadrukken.
Als ik aankom bij de tweede hut zie ik dat ook hier de vogels ver weg op het water zitten. Heel even landt er een grote zilverreiger voor de hut. Maar net zo snel als hij gekomen is, is hij weer weg ook. En omdat ik te langzaam reageer, kan ik er geen geslaagde foto van maken. Dit om aan te geven dat er ook genoeg dingen fout gaan. Dat je geen of alleen mislukte foto’s overhoudt aan een moment.
Een groepje kokmeeuwen blijft kortstondig even voor de hut hangen. Hiervan kan ik nog een aantal foto’s maken, voordat ze verder trekken. Onderstaand exemplaar heeft net zijn vleugels in een mooie houding.
Zijn zomerkleed, met de zwarte kop, is al weer vervangen door het winterkleed. Hierbij blijven alleen twee zwarte puntjes over achter zijn ogen. Dit wordt ook wel een koptelefoon genoemd. en ik moet zeggen: het lijkt er wel op. Dus zie je een meeuw met een koptelefoon op, dan is het een kokmeeuw.
En met dit stukje educatie sluit ik dit verhaal af. Anders steken jullie er nog wat van op ook. 😉 Ondanks dat ik niet heb kunnen doen wat ik wilde heb ik weer genoten van mijn foto-ochtendje in de natuur. Vooral met de eerste twee foto’s ben ik erg blij. En binnenkort maar eens even langs de garage om het raam van de auto te laten repareren.
Voorbodes van de herfst
23 september 2012
Vandaag ben ik van plan om op zoek te gaan naar een mooie plek om herfstfoto’s te maken. Het is nog een beetje vroeg, maar een goede voorbereiding is het halve werk. Bij herfst denk je natuurlijk aan mooie herfsttinten en paddenstoelen. De mooiste kleuren, vind ik, geven de beukenbomen. Dus op zoek naar een beukenbos, met lange lanen en het liefst met wat water. Een beekje of zo.
Ik heb een plek in gedachten, dus deze zondagochtend was dat mijn doel. Nee, ik verklap nog niet waar ik naar toe ga. De zon komt op met mooie kleuren, maar doordat ik in het bos loop, heb ik daar geen foto’s van kunnen maken. Wel zie ik al heel wat boodschappers die vertellen dat de herfst er aan komt: paddenstoelen dus.
Ik weet niet wat het is, maar ik vind paddenstoelen erg fotogeniek, meer nog dan bloemen. Ze hebben ook iets mysterieus. Een hele tijd zie je zie niet en leven ze verborgen, maar dan opeens komen ze overal tevoorschijn.
Helaas weet ik nog niet zo veel soorten te benoemen, dus als je me daarbij kan helpen: graag!
Het bos waar ik loop is nog erg groen, maar zeker een kandidaat om in de herfst nog eens terug te komen. Fraaie lanen met beuken aan weerskanten. Een aantal foto’s heb ik in gedachten al gemaakt. Voor nu moet ik het doen met paddenstoelen, maar dat is heus geen straf. Een klein groepje groeit op een omgevallen boomstam. Omdat het in een vrij donker hoekje is, krijg ik ze er niet mooi op. Flitsen geeft een heel fel beeld, met een compleet zwarte omgeving. En dat terwijl ik de boomstam er ook nog een beetje herkenbaar op wil hebben. Dan bedenkt ik iets wat misschien wel kan werken. Gewoon proberen dus! Ik zet het lampje van mijn mobieltje aan en belicht daarmee de paddenstoelen. Vanuit verschillende kanten probeer ik dit uit en hier onder staat het resultaat.
Misschien zou het nog mooier worden als ik indirect, via een reflectieschermpje zou belichten, maar voor nu ben ik wel tevreden met het eindresultaat.
Het leuke van paddenstoelen is ook dat ze van alle kanten mooi zijn. De eerste foto is van bovenaf, maar ook de onderkant is prachtig. De truc is dan om het lijnenspel in een mooie compositie vast te leggen. Dit heb ik er van gemaakt.
Opgetogen door al dit moois vervolg ik mijn wandeling. En dan kom ik ook nog het door mij gewenste beekje tegen. Niet helemaal toevallig, want ik heb natuurlijk wel wat voorwerk gedaan op mijn computer: Leve Google Earth!
Ik zie mij hier op het hoogtepunt van de herfst wel een aantal mooi foto’s maken. En ik denk dat ik maar een paar goede laarzen ga aanschaffen. Ik zal een tipje van de sluier oplichten. Dit is toch een mooi stekkie voor herfstfoto’s?
Stel je eens voor dat al het groen straks bruin, geel en goud is. En dan met het zonnetje erop. Ik kan niet wachten!
Met een voldaan gevoel loop ik naar de parkeerplaats waar mijn auto staat. En daar tref ik nog een prachtig exemplaar van een paddenstoel aan: een geschubde inktzwam. Ook hier probeer ik niet de meest voor de hand liggende foto te maken, maar er iets origineels van te maken.
Door alleen het randje te fotograferen ontstaat er een beeld dat niet direct herkenbaar is. Dat vind ik zo op zijn tijd wel mooi. Het roept de vraag op bij de toeschouwer: waar kijk ik eigenlijk naar?
Een vruchtbaar ochtendje dus voor mij en voor jullie het vooruitzicht dat er ongetwijfeld herfstfoto’s met heerlijke kleuren aan gaan komen uit dit gebied.
Veluwe
19 september 2012
Voor het eerst sinds tijden heb ik een hele dag om er op uit te trekken met mijn camera. Vraag is dan: waar ga ik naar toe? De Amsterdamse Waterleidingduinen, de Veluwe of De Groene Jonker, een natuurgebiedje met veel bijzondere vogels. Omdat de weersverwachting niet denderend is en de kans op buien in het kustgebied het grootst, kies ik voor de Veluwe.
Ik hoop natuurlijk edelherten en wilde zwijnen tegen te komen. Maar omdat je zoiets niet van te voren kunt plannen, tenzij je naar de Wildbaan in het park De Hoge Veluwe gaat, ga ik met de instelling op pad dat ik wel zie wat ik tegen kom en met het voornemen vooral te genieten van mijn fotodagje.
Ondanks de kans op buien begint de dag redelijk zonnig. Ik zie een eenzame den op de hei staan die wordt belicht door de ochtendzon. Een mooi beeld vind ik, vooral ook door de dreigende lucht op de achtergrond.
Gelukkig trekt de bui in de verte niet over de heide en ik besluit een wandelroute te volgen. Een afstand van zo’n zes kilometer. Goed te doen dus en voldoende tijd om onderweg alle tijd te nemen voor de foto’s.
De bloei van de heide is eigenlijk al over zijn hoogtepunt heen. De meeste struikjes zijn al weer wat fletser van kleur geworden, maar her en der staan nog wat struikjes vol in bloei. Een dagje op de veluwe is natuurlijk niet compleet zonder foto van een bloeiend heidestruikje. Ik experimenteer wat met tegenlicht en uiteindelijk is dit het resultaat.
Het leuke van zo’n dagje is dat je wat meer tijd hebt om van alles uit te proberen. Meestal heb ik maar een paar uurtjes en dan voel ik toch op de één of andere manier een tijdsdruk. Dom natuurlijk, maar ik wil vaak te veel in die korte tijd. Moet de rust zien te vinden. Beter één onderwerp helemaal goed uitwerken dan veel verschillende onderwerpen snel schieten.
Ik loop verder en probeer ondertussen wat landschapsfoto’s te maken. Maar ik ervaar dat het nog niet zo gemakkelijk is het heidelandschap mooi vast te leggen. Landschapsfotografie is weer een heel aparte tak van sport en het maken van een goede compositie is lastig. Vaak vind ik mijn eigen landschapsfoto’s een beetje saai. Of het komt niet overeen met het gevoel wat ik heb als ik om me heen kijk. Nog geen landschapsfoto dus, maar ik blijf het proberen.
Wel zie ik veel kleine vuurvlindertjes rondfladderen. Helaas gaan die vaak op de grond van het pad zitten. Het is op die manier bijna niet te doen om een mooie compositie te maken. Gelukkig vind ik er eentje die op een heidestruikje zit.
Een prachtig vlindertje en erg klein: zo’n 2 cm.
Omdat de landschappen nog niet erg lukken en de beesten zich niet laten zien, ga ik weer een beetje experimenteren. Ik zie aan de rand van de hei een bosje berken staan. De witte bast steekt mooi af tegen de donkere achtergrond. Een trucje dat veel wordt toegepast is het bewegen van de camera terwijl je afdrukt. Er kunnen dan mooie wat abstracte beelden ontstaan. Veel van deze foto’s gaan in de prullenbak, maar deze vind ik wel erg mooi.
Komt een beetje over als een schilderij vind ik. Ik heb hierbij de camera verticaal bewogen, terwijl ik een langere sluitertijd heb ingesteld (1/10 sec).
Ondertussen zijn er twee buitjes overgetrokken. Gelukkig valt de hoeveelheid regen mee en kan ik schuilen onder een boom zonder echt nat te worden. Een meegenomen vuilniszak gaat dan over de camera. Terwijl ik zo sta te wachten zie ik een mierenheuvel. Het krioelt er van de rode bosmieren. Een leuke uitdaging om daar een interessante foto van te maken! Op het nest rent alles door elkaar en geen enkel miertje staat meer dan een seconde stil. Ik besluit enige manipulatie toe te passen en enkele mieren uit het nest te halen en op een stokje te brengen. Dan is het nog de kunst een scherpe foto te maken van deze snelle rakkers.
Ik ben héééél erg blij met deze foto. Uitdaging volbracht! Ook nu weer heb ik alle tijd genomen en verschillende dingen uitgeprobeerd.
Aan het eind van de wandeling probeer ik nog eens het landschap mooi vast te leggen. Blijft lastig, maar deze vind ik nog wel aardig.
En zo loopt ook deze dag weer op zijn einde. Een heerlijke dag en het weer viel reuze mee. Helaas geen wild gezien en maar heel weinig vogels. Maar dat mag de pret niet drukken. Ik heb me heerlijk vermaakt met o.a. het heidestruikje en de bosmier.
Bedankt dat je met me mee bent gelopen op mijn wandeling.
Lepelaarplassen
02 september 2012
Na een heerlijke vakantie, met weinig foto’s, heb ik weer tijd om er een ochtend op uit te trekken. Ik blijf deze keer in Almere en ga eens kijken of ik de bevers van de Lepelaarplassen weer eens kan zien. Dat is al weer een hele tijd geleden. En daarna naar de hut voor de ijsvogels.
Omdat bevers schemerdieren zijn is het nog half donker als ik mij installeer langs de kant van het water. Omdat er nog zo weinig licht is staat de ISO op 1600 en het diafragma maximaal open op f/4. Gelukkig kunnen de moderne camera’s ook onder deze omstandigheden nog acceptabele foto’s maken. Alleen laten de bevers het afweten. Dat zijn van die dingen die je niet in de hand hebt. Gelukkig kreeg ik wel een alternatief voorgeschoteld: een poetsende zwaan. Dat klinkt niet erg spectaculair, maar toch ben ik heel tevreden over onderstaande foto’s.
Niet zo bijzonder als een bever, maar fotografisch goed geslaagd denk ik.
Ondertussen wordt ik zo’n beetje opgegeten door de muggen. Het is inmiddels al aardig licht geworden en de bevers zullen wel niet meer komen. Ik vind dat altijd een lastig moment. Wanneer ga je verder kijken? Misschien mis je dan net het moment, maar ik neem de beslissing om nu naar de hut te gaan.
Daar aangekomen zie ik tot mijn grote vreugde een ijsvogel op één van de takken zitten! Wat ben ik blij dat ik naar de hut gegaan ben! Maar dan slaat mijn vreugde om in teleurstelling. Net als ik mij goed heb gepositioneerd vertrekt de ijsvogel. Geen foto kunnen maken! Damn! Het zal toch niet zo’n dag worden van net niet?
Er zit niets anders op dan te wachten en hopen dat ie nog weer even langs komt. Ondertussen vermaak ik me met de vele eenden op de pas. Het zijn er echt honderden: kuifeenden, tafeleenden, en slobeenden. In de verte, op het eiland, zitten de takken vol met aalscholvers en helemaal achter op de plas zwemt zelfs een wilde zwaan. Goed herkenbaar aan zijn gele snavel. Wel erg vroeg om deze wintergast nu al te zien.
Dit kleine kuifeendje volgt het voorbeeld van de knobbelzwaan en begint aan een ochtendpoetsbeurt.
De Slobeenden leggen een vast parcours af en blijven heen en weer zwemmen. Ik vind die snavel toch echt niet passen bij de rest van het lichaam, maar het zal wel praktisch zijn.
Het valt me op dat de kleur van het water steeds weer anders is. Afhankelijk van de lichtval, de wind, de zonneschijn en de begroeiing op de kant. Fascinerend om te zien. Maar niet alleen op het water is er van alles te zien. Ook in de struiken naast de hut is er genoeg te beleven. Dit pimpelmeesje kwam ook even langs om wat van de zaadjes van de uitgebloeide bloemen te snoepen.
Ik verleg mijn aandacht weer naar de plas en dan zie ik een ijsvogeltje aan de overkant in het riet zitten. Te ver weg voor een foto, maar hij is weer in de buurt! Hij duikt zo af en toe in het water, maar vangt, zover ik kan zien, niets. Dan vliegt hij vlak boven het water richting de takken voor de hut en gaat zitten! Snel kan ik een aantal foto’s maken voor hij weer wegvliegt en uit beeld verdwijnt. Als ik de foto’s op mijn display bekijk zie ik het al: net niet scherp. Hij zat net even te ver weg en ik had ook iets te weinig licht. Maar niet getreurd: als hij één keer terug komt, kan hij ook een tweede keer verschijnen.
Inmiddels zit ik nu al een uur in de hut en ik verveel me geen moment. Als de ijsvogel weg is zie ik opeens een klein vogeltje aan komen zwemmen. Ik denk eerst aan een jonge kuifeend, maar dan zie ik het: een dodaars. Het leukste watervogeltje van Nederland. Deze kleine futensoort zie ik niet heel vaak en heb hem ook nog niet goed kunnen fotograferen. Maar deze kleine pluizenbol werkt even goed mee en zwemt voor de hut langs.
Is het geen schatje?
Eén van de vele soorten, ik zie er zo wel circa twaalf als ik om me heen kijk, is de aalscholver. In de Lepelaarsplassen huist een behoorlijke kolonie. Er komen op dit moment steeds weer groepjes binnen vliegen vanuit de richting van het Markermeer. Misschien om hier bij te komen van de visvangst? De meesten zit ver weg op één van de eilandjes, maar een eigenwijs exemplaar kiest een tak voor de hut uit. En blijkbaar is de zondagochtend een prima moment voor vogels om je verenpak op orde te brengen. Ook hij begint zich uitgebreid te poetsen.
Zoals je ziet is er genoeg te beleven en de tijd vliegt dan ook voorbij. Nog steeds hoop ik dat de ijsvogel terugkomt, maar de tijd dat ik weer op huis aan moet begint wel steeds dichterbij te komen. Maar of het nu geluk is of dat het zo moet zijn: vlak voordat ik weg wil gaan zie ik de bekende blauwe schicht over het donkere water schieten. Niet één keer, maar twee keer vlak na elkaar! Twee ijsvogeltjes zitten binnen fotografeerafstand op de takken. YESSSSSS! De eerste keer dat ik twee tegelijkertijd zie. Ik krijg ze helaas niet tegelijk in beeld, maar dat mag de pret niet drukken.
Volgens mij zijn het twee jonkies. Dit is te zien aan de witte punt van de snavel en de geschubde borst. Bij de volwassen vogels is dat meer egaal heb ik mij laten vertellen.
Het heeft even geduurd, maar ik heb toch waar ik voor kwam. Ik ben er erg blij mee, want dit is de eerste keer in drie bezoekjes aan de hut dat ik zulke foto’s heb kunnen maken. Al met al heeft het in totaal zo’n tien uur gekost, maar het is het waard! En ik heb mij vandaag geen seconde verveelt door de vele andere soorten die er te zien zijn. Een topochtend dus!